de betekenis van Shiva

De eerste en belangrijkste betekenis van Shiva is welzijn. Shiva wordt wel gezien als iemand die op allerlei manieren (door allerlei rollen aan te nemen) het welzijn bevordert.
De tweede betekenis van Shiva is “allerhoogste kennis of kennis van het Hoogste Wezen (zonder attributen) voorbij iedere existentiële gebondenheid”.
Shiva wordt dikwijls afgebeeld als danser van de tantrische tandava dans maar er zijn ook andere verschijningsvormen. In de hindoeïstische mythologie verbeeldt deze dans de energie die door de wereld stroomt en die de ritmes van dag en nacht, de seizoenen, geboorte en dood veroorzaakt.
Dit wordt weergegeven door de cirkel van vuur, de puurste vorm van energie. Deze circel van vuur staat daarnaast symbool voor de heilige mantra AUM, de grondklank van de schepping. Shiva danst op de dwerg van onwetendheid en vernietigt hem.
De olifantmudra van de naar voren uitgestoken hand duidt op zijn kracht en de opgeheven voet op bevrijding. Shiva is de moeder van Ganesha.